Genre(s)
Wat brouw je als je indie rock, new wave en post punk in een cocktailshaker murw schudt? Ongetwijfeld zoiets als het album “Tabula Rasa”, de nieuwe muzikale cocktail van het Belgische A Slice Of Life en meteen het tweede album na het in 2018 verschenen, succesvolle “Restless” (Wool-E Discs, RIP). “Tabula Rasa” verschijnt in eigen beheer, op het eigen Slice Records en laat het zeskoppige gezelschap verder uit rijpen tot een inlands export product uit de alternatieve en duistere, muzikale ondergrond. Ergens tussen echo’s van de oudere The Cure (de stem van Dirk Vreys), de post punk van Whispers In The Shadow (opener “Two Faced” bijvoorbeeld) tot meer jaren 80 geïnspireerde muzikaliteit. Ik denk maar aan “Sweet Darkness” dat opent zoals Echo And The Bunnymen in betere tijden om al gauw een eigentijdse, meer rockerige post punk sound in het nummer te integreren en dus eigentijds te klinken.
Over elke nummer valt wel iets te zeggen, al moeten songs in eerste instantie gehoord en doorleefd worden. De strakke meezinger “Matterhorn” doet me, als de song op zichzelf terug plooit, op zijn beste momenten aan Clock DVA’s “7 Hours” denken. Laat ik dat nummer nu net één van de meest onderschatte nummers uit de begin jaren 80 vinden. Met het meer mijmerende “Seven Days” mochten we al kennis maken, een nummer waarin de liefde van frontman Dirk Vreys voor Robert Smith niet in valt te mis kennen. Er zijn slechtere liefdes en we weten natuurlijk allemaal dat deze meneer graag die liefde belijdt in zijn ObsCURE. Al is deze “Tabula Rasa” zeker geen doorslagje van dit grote voorbeeld.
“Goodbye” verkent de mogelijkheden van logge, donkere alternatieve rock, terwijl het meer in een zweverige synth lijn verdwalend nummer als “Cavern” het etiket introspectieve wave verdraagt. U merkt het, ik kan blijven goochelen met labels, deze “Tabula Rasa” laat de vele (alternatieve) gezichten van A Slice Of Life zien en dat 12 nummers lang. “Anywhere But Home” vat het mooi samen, “Tabula Rasa” verkent de grenzen zonder ontrouw aan zichzelf. Er mag gerockt worden, wat door hit in spe “Run For Cover” nog een keer in de zwarte verf wordt gezet. Eenvoud siert, wellicht mijn favoriet van dit album, een nummer met de kracht van een gothic rock hymne. Maar ook “What Doesn’t Kill Me” met zijn springerige ritme en jaren 80 flegma komt aardig in de buurt van ‘favoriet’, rockende new wave, zoiets. ‘Grellig’ of hoe zeggen ze dat in Antwerpen? “In Your Shade” borduurt nog even verder op dat euforische gevoel dat je als tiener had toen je voor het eerst je haar had getoupeerd en met jouw nagelnieuwe puntschoenen de lokale fuif van de jeugdbeweging onveilig ging maken. “Fortress Of Solitude” slaat daarna dan ook in als een bom, die eerder voor een implosie dan explosie zorgt. De wanhoop voor de spiegel waarin de herinneringen aan een verloren liefde, de getoupeerde haren mochten niet baten, pijnlijk helder wordt. Eenzaamheid, een kwaal van deze tijd waarin de gebreken van enkel virtuele verbondenheid pijnlijk duidelijk worden. Dat is dit nummer ook, pijnlijk, maar daarom ook net weer mooi.
Met “Animal Instinct” wuift “Tabula Rasa” de luisteraar uit. Een eigentijdse rock wave song, noem het post punk, met een driftig tempo om ons uit de eenzaamheid te schudden. En dan, wel dan duikt als toemaatje nog een bonus track op (let wel niet op de vinyl versie) een Foreign Resort remix van het uit het “Restless” debuut afkomstige “Caroline”. Veel waar voor uw zuur verdiende centjes dus. Samenvattend, “Tabula Rase” leeft, kent één gezicht (A Slice OF Life) met vele authentieke grimassen die het volle wasdom van dit album mooi in de zwarte verf zetten. Ga ze vooral live zien en koop dit album om uzelf aan te verwarmen. Veel goedkoper dan uw energiefactuur.