Het werkt inderdaad motiverend om op te mogen treden in het land van Front 242!
06/05/2019, Dimi Brands![]() |
|||||
DE: Je maakte in het verleden vooral furore in het neofolk wereldje. Zo was je actief bij Osewoudt en had je ook je solo project Strydwolf. Het was ook hier dat ik je leerde kennen. Groot was dan ook mijn verbazing toen zo’n vijf jaar geleden bekend werd gemaakt dat je met Pantser Fabriek de EBM-toer zou opgaan. Ik vraag me dan ook af wat de algemene reacties waren, hoe reageerden de neofolkers op je toekomst, en hoe reageerden de EBM’ers op je verleden? WW: Niet veel mensen in de EBM scene weten dat ik Neofolk heb gemaakt en visa versa. Wat dat betreft heb ik de scenes altijd wel gescheiden gehouden. De mensen die het wel weten, zijn mijn naaste vrienden, collega-muzikanten en enkele trouwe fans. Daarnaast zijn er meer muzikanten die zowel Neofolk als EBM maken. (bijvoorbeeld Pouppée Fabrikk). Zo raar is de combinatie dus ook weer niet. Het nadeel hiervan is dat negatieve vooroordelen die bestaan omtrent Neofolk kunnen overslaan op EBM. DE: Feit is dat Pantser Fabriek aanslaat, en dan vooral in het land bij uitstek, Duitsland. Je trad er reeds op een van dé toonaangevende EBM festivals (Familientreffen), ik denk dat je je wel goed aanvaard vindt door de EBM familie? WW: Jazeker! Daar verbaasde ik mijzelf ook over. Pantser Fabriek is in 2014 gestart, maar al vrij snel werd ik gevraagd om in 2015 op te treden op het FamilienTreffen in Sandersleben, het toonaangevende EBM festival in Europa. Dat was natuurlijk als een droom en heb daar veel mensen ontmoet, waar ik later mee heb samengewerkt. Daarna is het snel gegaan met meerdere optredens in Duitsland. DE: We hadden het al over neofolk en EBM, maar wat misschien niet iedereen weet is dat je muzikale geschiedenis zijn aanvang kende in de hiphop. Je was actief als rapper (Prins W) bij de Heerenveense formatie 8 Millimeter. Zo stond je tussen je 16de en 19de meermaals in het voorprogramma van het toen (ook in België) immens populaire Osdorp Posse. Hoe kijk je terug op die tijd, en hoewel je nu iets compleets anders doet, heeft deze periode je muzikaal iets bijgeleerd? WW: Destijds was het “Prins Willem” en later “Prins W”. Die naam is ontstaan doordat ik het Wilhelmus kon beatboxen. Deze periode is de basis van mijn muzikale “carrière”. In die tijd heb ik erg veel podiumervaring opgedaan en ben ik voor het eerst muziek gaan maken op de computer met tracker programma’s (OctaMed, ProTracker, FastTracker, MadTracker), waar ik nu nog steeds mee werk. Ik heb op vrij jonge leeftijd geleerd met software om te gaan om muziek te maken op de computer en veel geleerd van live-optredens. Het creatieve proces is in de basis hetzelfde gebleven. Achteraf besef ik ook hoe belangrijk deze periode voor mij is geweest voor mijn muziek en ben de mannen van Osdorp Posse ook nog steeds erg dankbaar voor het feit dat ze ons destijds mee op pad hebben genomen en mij van het muzikale vak hebben kunnen laten proeven. Als 15 / 16 jarige keek ik enorm op tegen deze koningen der Nederlandse Rap en om dan vervolgens met zulke mensen op ‘n podium te mogen staan te performen geeft een kick, een enorme kracht en drive. (er is zelfs nog iets op het internet blijven hangen: https://www.hiphopinjesmoel.com/reviews/area51-abn8mmc4/)
DE: Kunnen we de verwijzing naar Grandmaster Flash’s ‘The Message’ in de tekst van je nummer ‘Close To The Edge’ zien als een knipoog naar je hiphopverleden? WW: Dat klopt. Tevens leent de tekst zich erg goed voor een EBM versie en waarschijnlijk schoten deze teksten mij te binnen tijdens het maken van de beat. DE: De logische vraag is dan natuurlijk hoe je van hiphop in godsnaam bij neofolk terecht kwam? WW: Dat is een proces geweest wat wel even heeft geduurd, maar in het algemeen kan ik zeggen dat mijn afkeer tegen de nieuwe lichting (new-skool) hiphop muziek mij op een gegeven moment te groot werd door o.a. te veel pingping en blingbling. Daarnaast werd hiphop steeds populairder en meer en meer mainstream, totdat ik me niet meer kon identificeren met het genre. Ik ben opgegroeid met ICE-T, NWA, Skoolly-D, Paris en Public Enemy, die toch een hele andere (soms zelfs militaristische) boodschap verkondigden. Hiphop was voor mij altijd een uitlaadklep geweest waarin ik me kon afzetten tegen de maatschappij, mijn ouders en ga zo maar door. Dat viel ook ineens weg, en dat “muzikale gat” werd opgevuld door wat uiteindelijk Strydwolf is geworden. Ook dat muzikale proces heeft veel zijwegen en doodlopende paden gekend (Experimentele muziek, jungle, drum ‘n bass, breakbeats, broken beats, breakcore, noize). Op een gegeven moment heb ik zelfs afstand gedaan van zoveel mogelijk electronische instrumenten en ben gitaar gaan spelen. Via het noise genre luisterde ik o.a. naar Boyd Rice / Non, en zo kwam ik op het pad van Death in June en andere Neofolk bands. Als ik een tijd naar bepaalde muziek luister, wil ik dat ook graag gaan maken. Ik ben bij tijd en wijle wel hiphopbeats blijven maken voor diverse rappers en hiphop groepen. Mijn laatste hiphop-productie was voor Sir Joski, waar ik al eerder een album (‘Alcoholland’) voor had geproduceerd. Zijn nieuwste album waarop ik naast het artwork ook 15 nummers heb gemixt, gemasterd en geproduceerd, heet ‘Kuz de Kunzt’.
DE: Met Strydwolf nam je naast een tiental sterke albums ook enkele split cd’s op. Si Vis Pacem, Para Bellum met het al even fantastische en al even Nederlandse Striider, bijvoorbeeld. WW: Met Strydwolf heb ik daar nooit echt last mee gehad. Ik ben een keer gevraagd voor een interview, waar ik mijn zegje heb kunnen doen en heb kunnen uitleggen dat ik geen politiek bedrijf maar muziek en dat dat een andere taal is dan de taal die zei spreken. Ik kijk niet zo vaak op Discogs en andere mensen houden dat voor me bij, maar het verbaasd me niks, het is de tijd. Ik ken Jornt (Striider), en dat hij tegenwoordig succesvol in het vapor-wave genre opereert bewijst voor mij in elk geval maar weer dat hij in hart en nieren een kunstenaar en muzikant is en dat zijn muzikale talent ook in andere genres tot zijn recht komt. DE: Voor Trouwfest vroeg ik je aanvankelijk om op te treden met Strydwolf, maar je zei me dat je onder die naam niet meer optrad. Laat je dit project uitdoven om je op je andere projecten te concentreren of is de inspiratie hieromtrent een beetje op? Of mogen we in de toekomst nog neofolk van je hand verwachten? WW: Never say never… Maar eerlijk gezegd vind ik optreden met Pantser Fabriek op dit moment veel leuker en vrijer dan een optreden verzorgen met Strydwolf, waar veel meer bij komt kijken, zoals oefenen, lappen tekst, bandleden regelen, gesjouw met instrumenten etc. In m’n eentje met m’n laptoppie kan ik overal makkelijk komen, ik reis licht en het is goedkoper. Af en toe grijp ik nog ‘ns naar de gitaar om een nieuw nummer te schrijven, waarvan de uitkomst wellicht in de toekomst te beluisteren is in vorm van één of andere uitgave.
DE: Met Osewoudt werkte je reeds samen met Art Abscons (het nummer ‘Die Sonne Dreht Sich Um Mich’) die ook op de affiche van Trouwfest staat. Ken je de andere namen op onze affiche en is/zijn er acts die je zeker wil zien die avond? WW: Wappenbund is wel een bekende naam voor mij en hoewel ik er nooit echt intensief naar heb geluisterd, ben ik wel benieuwd naar hun live-optreden. Natuurlijk ga ik ook kijken naar Art. Verder laat ik mij graag verassen! DE: EBM is minder serieus dan neofolk. Niet alleen in je teksten, maar ook in video’s die je maakt is duidelijk dat je niet vies bent van een portie humor. Miste je dat een beetje toen je met neofolk bezig was? WW: EBM is voor mij gewoon puur. Als je lol wil maken, maak je lol. Het is ook maar net wat je jezelf toelaat, spontaan laat gebeuren of juist met een knipoog wil laten overkomen. Bij Neofolk wordt het naar mijn mening ook niet zo gewaardeerd als er een “humoristisch” nummer voorbij zou komen, wat misschien carnavalesk zou kunnen overkomen in plaats van de meer theatrale kanten van Neofolk. Dat mistte ik inderdaad wel een beetje. Vooral bij liveoptredens in het neofolkgenre, waar ook de interactie met het publiek minder gebruikelijk is dan bij EBM optredens. Ik mag graag ‘entertainen’ en dat vond ik juist ook zo leuk bij het geven van hiphop-optredens. DE: Zowel de Strydwolf als de Pantser Fabriek albums verschenen bij het Duitse Skullline label. Een label waar door de jaren heen heel wat sterke albums op verschenen, maar waarvan ik de indruk heb dat de productiviteit de laatste tijd serieus geminderd is. Hoe ervaar jij dit? WW: Dat ervaar ik ook wel zo. Dit heeft meerdere redenen, maar in het algemeen is het volgens mij steeds moeilijker geworden in deze tak van sport je muziek op CD aan de man te brengen. DE: Ook op Skullline verscheen het eerste album van nog een project van jou: Too Late For Tears, waarbij je minimal wave maakt. Hoe zijn de reacties hierop? WW: De reacties hierop zijn erg goed! Ik doe niet zo veel aan de promotie en het valt me op dat er steeds meer mensen zijn die het luisteren, de cd kopen of de mp3’s via bandcamp beluisteren. Gevoelsmatig ligt het genre een beetje tussen EBM en Neofolk in en het lijkt me leuk hier in de toekomst eventueel ook mee op te gaan treden. DE: Het moet gezegd: hoe uiteenlopend de genres die je brengt ook mogen zijn, steeds breng je een zeer overtuigend eindresultaat. Zijn er nog genres waar je je aan zou willen wagen, of zijn er reeds plannen gesmeed? WW: Graag zou ik me nog willen wagen aan: Psychobilly, Electrobilly, Trojan Reggea, Ska, Speedrock, Trojan Noize, Electro-Classic, Dance-Grunge, Electronic Death Music (EDM), Ultra-Pop, Muziek Voor Kleuters (MVK), Zeemans- en Carnaval liederen, plus wat nog verder op mijn pad komt. :D DE: Een muzikale kameleon zoals jij moet waarschijnlijk een gigantische platenkast hebben? Ben je obsessief bezig met muziek, of heb je je handen al vol genoeg met je eigen nummers? WW: Veel fysieke CD’s en platen heb ik eigenlijk niet, maar mijn digitale collectie wordt wel altijd groter. Tegenwoordig is alles terug te vinden en te beluisteren op het net en wanneer een album mij bevalt koop ik het vaak digitaal. Er gaat geen dag voorbij zonder het luisteren van muziek, en ’s avonds en in het weekend richt ik me op het maken van mijn eigen nummers. DE: Met Front 242 heeft België een pioniersrol op EBM-gebied. Werkt dit motiverend voor een optreden op ons grondgebied? WW: Het werkt inderdaad motiverend om op te mogen treden in het land van Front 242! Dat heb ik ook in Brussel, Café Central mogen ervaren, het publiek kent het genre en kijkt niet raar op als het over EBM gaat. In Nederland kennen mensen vaak het genre niet, kennen Front 242, DAF of Nitzer Ebb niet. Bands die mij voor dit genre erg geïnspireerd hebben. Bedankt Dimi, voor het interview en ik kijk er naar uit op je trouwfeest te mogen optreden! Ter illustratie gaf Willem ons ook nog een leuke playlist van enkele belangrijke genres die een bepalende rol speelden in zijn muzikale carrière, YouTuben maar met hiphop (Paris-Break The Grip Of Shame, Public Enemy-Rebel Without A Pause, Skoolly D-Gimme Your Shit Nigga), broken beats, jungle (Squarepusher-Go Plastic, Aphex Twin-Come To Daddy, Venetian Snares-Die Winnipeg Die Die Die Fuckers Die), noise (Merzbow-Requim, NON-Wotanslager), neofolk (Death In June-Fall Apart), EBM (DAF-Der Mussolini, Nitzer Ebb-Control I'm Here, Front 242-Neurobashing) foto's: Michaela Steber
|
Volgende interviews:
10 JAAR DER KLINKE - Mijn eerste vrouw zei me ooit dat echte kunst ontstaat uit het lijden van de ziel. Gelijk heeft ze.
EVI VINE - Er zijn wel een paar verhalen, maar mijn lippen zijn verzegeld… Misschien voor bij een biertje of zo…
Trouwfe(e)st #3: ASHTORETH - Doordat er verschillende elementen in mijn muziek zitten weet ik mensen uit verschillende underground stromingen aan te spreken.
Trouwfe(e)st #3: ART ABSCONs - Met de opbrengst die digitale streams me opleveren kan ik twee flessen bier kopen.
XTORT - Het is niet zo dat we denken de wereld te veranderen, we houden wel graag een spiegel voor.
JO QUAIL - Ik denk dat ik een beetje moeilijk te categoriseren ben.
Wave Tension, de passie van Marc Frijns - Voor mij is een digitale release een bijproduct van een fysieke vinyl of cassette release.
PALAIS IDEAL - We geven onszelf een heel duidelijk kader. Dat klinkt misschien als een beperking, maar het voelt juist als een uitdaging.
LAIBACH - In werkelijkheid wil niemand echt het Koreaanse probleem oplossen.
25 JAAR DARK ENTRIES: STICHTER DAVE CERPENTIER - Je kan wachten tot iemand anders het doet of je kan het zelf doen. En dat hebben we destijds met Dark Entries gedaan.