Alle revolutionaire kunst heeft een beetje tijd nodig.
14/09/2010, Didier Becu![]() |
||||
Om met de eerste vraag te beginnen….ik had nooit gedacht dat Polyphonic Size ooit zou terugkeren…
Wel, okee …ergens is het wel juist dat we in 1991 gestopt zijn na 12 jaar muziek, videos en concerten te hebben gespeeld. Rond 2002 begon een Franse grafische kunstenaar, Doro, aan een website rondom Polyphonic Size en die kreeg regelmatig mails van mensen die zich afvroegen of bepaalde originele lp’s nog verkrijgbaar waren of niet. Er kwamen ook veel aanvragen binnen van mensen die de groep op één of andere compilatie wilden zetten. Wat ons betereft blijft onze box (1979-2009) de meest volledige en ook het Duitse Vinyl On Demand heeft een box met 4 titels uitgebracht onder de titel “Polyphonic Size : period 1979-1982”. Beetje per beetje kwamen de live-aanvragen binnen ook al zat daar maar weinig interessants tussen. Hoe het dan begon? Op een bepaald moment werd Kloot Per W (The Misters, De Kreuners, The Employees,…) 50 jaar en om hem een plezier te doen speelden we 3 nummer Polyphonic Size-nummers. France, Ann, Glenn en ik speelden drie nummers en achteraf kwam iedereen vragen waarom we toch niet terug op het podium wilden klimmen. Het eerste wat we deden was een cover met Kloot nl. “Computer world” op de “Clone CD” en Kloot deed op zijn beurt een cover van “Mother’s little helper”. Door Facebook, YouTube en My Space vonden we elkaar terug en we besloten om eens op te treden in Brussel om te zien wat het gaf. De line-up waren de drie oorspronkelijke Polyphonic Size-leden (France, Kloot, R-Marc) en twee nieuwe leden : Alice en Mandy, dochters van Martine en R-Marc. Het concert was fantastisch, de zaal zat vol en overal hoorden we positieve reacties en we beseften dat we verder moesten gaan, en kijk in september zijn er opnieuw twee optredens in het Brusselse.
Sommige mensen, ik bijvoorbeeld, zien Polyphonic Size als een klassieker maar toch hebben jullie daar nooit echt kunnen van profiteren.
Doordat er vandaag de dag nog steeds interesse bestaat voor Polyphonic Size toont dit aan dat je gelijk hebt : 30 jaar geleden was Polyphonic Size een grondbrekende groep. Maar zoals alle revolutionaire kunst heeft het een beetje tijd nodig.
Eigenlijk vergelijk ik jullie met Suicide. Niet muzikaal, verre van, iedereen spreekt er over maar geen mens kent de muziek.
Eigenlijk heb je hier een punt. De muzikale omgeving was volledig verschillend in de jaren ’80, je moest er zeker van zijn dat je een deftig platenlabel had die je lp kon distribueren en er ook promotie voor kon voeren. Vandaag de dag zijn de onafhankelijke labels veel beter georganiseerd dan in 1979. Plus een ander punt, het internet bestond niet. De moderne communicatiemogelijkheden, I-Tunes, de downloads, YouTube…dat zijn allemaal dingen die je niet mag onderschatten en het betekent meteen ook dat je uw muziek wereldwijd kan verspreiden.
Wie Polyphonic Size zegt, zegt ook Jean-Jacques Burnel. Hoe kwam je met hem in contact, bovendien was er een wereldwijd verschil met jullie muziek en die van The Stranglers.
Hier ga ik niet akkoord met je. Het is wel zo dat Polyphonic Size en The Stranglers muzikaal verschillen maar ik ben al een fan sinds 1976. Toen Jean-Jacques in 1979 zijn solo-lp “Euroman Cometi” uitbracht, klonk dat volledig in de stijl van Polyphonic Size : rhythmboxen, die synths, nummers zowel in het Engels als het Frans. Die lp is de reden waarom ik onze eerste twee EP’s naar hem opstuurde en dat was ook waarom hij in 1980 positief antwoordde met “Nagasaki mon amour”.
Jullie hebben nog steeds goede contacten met Jean-Jacques, ik heb zelfs begrepen dat hij er bij was in Brussel….
Inderdaad. Jean-Jacques is een echt lid van Polyphonic Size en reeds 30 jaar een vriend. Tijdens dat concert heeft hij “Nagasaki Mon Amour”, “Winston and Julia” en “Je t’ai toujours aimée” gezongen.
Het was niet alleen Jean-Jacques, bij jullie zaten ook Luc Van Acker en Daniel B. bijvoorbeeld. Was Polyphonic Size een soort van hotel-groep?
Als je het ziet vanuit het standpunt : heb je iets te bieden, dan ben je welkom…dan zou ik zeggen ja! Als je met iemand anders speelt dan geeft dat je steeds de mogelijkheid om dingen uit te proberen die je met je vertrouwde groep niet zou kunnen doen. Dominique Buxin die de teksten voor Polyphonic Size schreef heeft twee maanden een website opgezet voor alle mensen die ooit betrokken waren bij de groep : http://www.aroundpolyphonicsize.com Daar vind je alle kunstenaars, fotografen, muzikanten, videomakers die zichzelf daar uiten, ook al wil Dominique daar geen Polyphonic Size-muziek op zetten.
Daarna zaten jullie op een major, Virgin Records. Het is hip om majors af te breken, maar hoe was dat voor jullie?
Met “Live for each moment” hadden wij eigenlijk verschillende contracten. Doordat sommige van onze nummers in het Frans waren zaten we meteen goed in Frankrijk. Je had het Gainsbourg-aspect, de Franse media hield van ons en we konden in de Bains Douches spelen. We besloten om weg te gaan bij Sandwich Records (dat is dus nu PIAS geworden) en New Rose om zo in zee te gaan met Philippe Constantin die bekend was voor zijn werk met Telephone, Marquis De Sade, Etienne Daho en Les Rita Mitsouko. Philippe had zijn eigen bedrijfje genaamd Clouseau Musique en we hebben nooit één woord met hem gehad! In 1985 verliet Philippe Clouseau Musique en dat werd dan opgekocht door Virgin France en zo zijn we daar op geraakt. En het zijn de clichés, maar ze zijn waar : van dan af hadden we allerlei problemen. Dat ging van kledij, promotie, het kiezen van een producer tot en met onze muziek. Na zeer veel discussies waren we weer vrij in 1987. We besloten om onze derde lp “The overnight day” zelf te gaan produceren.
Nu zegt men wel, Polyphonic Size maakten destijds legendarische muziek die zeer invloedrijk was, maar voelde jij dat destijds ook zo aan?
Absoluut niet. Ik had gewoonweg het geluk dat ik in 1979 mijn synthesizers voor een goedkoop prijsje vond en natuurlijk zat Brussel totaal in de punkexplosie van toen. Je had vrije radios, onafhankelijke labels, nieuwe groepen… Het belangrijkste was toen kunnen zorgen dat je kon spelen, ook al was dat in de kelder van één of ander huis.
Ook al is Polyphonic Size een internationale bedoening blijven jullie wel Belgisch. Wat ze ook mogen zeggen van België, de impact van de muziek hier is toch indrukwekkend.
Absoluut akkoord. Als het op kunst en innovaties aankomt is België haantje de voorste.
Ik zal wel één van de weinigen zijn, maar ik ben verliefd op “The overnight day”…
Ik vind dat dus ook een zeer goede plaat, hij werd trouwens geproduceerd door Nigel Gray die eerder met Siouxsie en The Police had samen gewerkt. Het was de laatste Polyphonic Size line-up : de vroegere leden Martin en R-Marc, Glen op bass en op keyboards was er Pierre Gilet die met Jeff Bodart speelde. In 1991 hielden we het voor bekeken. Eigenlijk was dit een lp die vooral voor de Franse markt bedoeld was. Het zat op New Rose en het was niet zo simpel om hier in België een exemplaar op de kop te tikken. Ik hou enorm van “Tell me”, “Hodael” en “Le soleil des voyous”.
Jullie zijn een produkt van de jaren ’80, wat betekent dat decennium voor jullie?
Ik veronderstel dat ieder decennium zijn goede en slechte kanten heeft en dat gaat van politiek, kunst, gezondheid tot muziek. Ik ben geboren in de jaren ’50 dus ik was een tiener in de jaren ’70 en in de eighties was ik al een eind in de 20. Wat zullen mensen binnen dertig jaar van dit decennium denken?
Jullie werken aan nieuw materiaal….iedereen is natuurlijk razend nieuwsgierig hoe het zal klinken….
Dominique heeft ons al 5 tot 6 nieuwe teksten bezorgd. France, Alice, Mandy, Kloot en R-Marc hebben al heel wat ideeën in het hoofd maar we gaan ons toch concentreren op de komende concerten, daarna gaan we nieuwe nummers schrijven.
Wat mogen de fans verwachten van jullie komende concerten?
Vijftien nummers die we gemaakt hebben tussen 1979 en 1983, 1 Amerikaanse en 1 Britse cover, twee nummers die we anno 2010 zullen spelen, een paar special guests ook al is het deze keer niet Jean-Jacques Burnel.
En uw laatste boodschap…
Er gaat niks boven rock ’n roll…. U kan Polyphonic Size deze maand twee maal aan het werk zien :
· 17/09/2010 11 Rue Felix Hap In de Bouche A L’Oreille in Brussel, dat is in de buurt van de Metro Mérode en alle opbrengsten zijn ten voordele van Unicef. Info op www.bao.be · In de Brusselse Botanique op 23/09/2010 |
Volgende interviews:
DEPARTMENT S - Ik denk dat de hoofdreden van de split gewoon pure jeugdige stupiditeit en onervarenheid was.
Hidden Agenda - Er zijn miljoenen jonge gasten die zichzelf door middel van muziek willen uitleven, zeg maar hun ziel willen bloot geven maar niet iedereen heeft het geld om die peperdure studio’s binnen te gaan.
THE SELECTER - Ons publiek was een bonte mengeling van rudeboys, rudegirls, punks, skins en new wavers.
XMH - Het harde werken zie ik als iets wat er gewoon bij hoort en zie ik dus ook niet als vervelend.
Horologium - Het voordeel met indusmuziek is dat het steeds in de underground gezeten heeft en nooit echt populair is geworden.
Qntal - Ons doel is de mensheid aantonen wat voor een breed spectrum die middeleeuwse muziek eigenlijk wel had.
The Bollock Brothers - Punk betekent de jonge gasten op Bim Fest zien!
Thieves Of Silence - Wat onze muziek betreft, zouden we zeggen : spontaan, koud en simpel.
Stin Scatzor - Ik ben wel blij dat het allemaal underground is, voor mij hoeft dit soort muziek niet echt gecommercialiseerd te worden.
Santa Hates You - Er zijn geen limieten voor ons, alles is mogelijk en we zijn niet van plan om de mensen te waarschuwen.